Als u door ziekte of gebreken uw werk permanent niet meer kunt doen, dan kan het bestuur van APFA u een invaliditeitspensioen toekennen. Dit doet het bestuur altijd op basis van de resultaten van een geneeskundig onderzoek. De werkgever moet APFA verzoeken om dit onderzoek uit te voeren voordat het einde van de periode van verplichte doorbetaling door de werkgever nadert en u wordt ontslagen.
Uit dit geneeskundig onderzoek kan blijken dat u gedeeltelijk blijvend arbeidsongeschikt bent, maar daarnaast nog ander werk voor uw werkgever kunt doen. Het bestuur is dan bevoegd om u een gedeeltelijk invaliditeitspensioen toe te kennen. Als uit het onderzoek blijkt dat de arbeidsongeschiktheid is veroorzaakt door bewuste roekeloosheid of opzet, dan kan het bestuur ook besluiten om geen invaliditeitspensioen toe te kennen.
Wilt u weten hoeveel invaliditeitspensioen u ontvangt? Voor de berekening van de hoogte hiervan kijkt het bestuur naar hoeveel ouderdomspensioen u had kunnen opbouwen als u tot uw pensioenleeftijd in dienst zou zijn gebleven bij uw huidige werkgever.
Ontvangt u een invaliditeitspensioen en heeft u nog niet de voor u geldende AOV-leeftijd heeft bereikt? Dan heeft u daarnaast ook recht op een Overbruggingsuitkering Algemeen Ouderdomspensioen. Die uitkering gaat in op het moment dat u invaliditeitspensioen ontvangt en duurt tot het eind van de maand waarin u de AOV-leeftijd bereikt. De hoogte van de uitkering wordt gebaseerd op het aantal deelnemersjaren dat u al had bereikt en nog kon bereiken als u niet permanent arbeidsongeschikt zou zijn geworden.
U ontvangt uw invaliditeitspensioen vanaf het moment dat u ontslagen wordt wegens blijvende arbeidsongeschiktheid. De uitkering duurt tot de laatste dag van de maand waarop u overlijdt of tot het moment waarop de arbeidsongeschiktheid eindigt. Het invaliditeitspensioen vervangt ook het ouderdomspensioen wanneer u de pensioendatum bereikt.
Bent u gehuwd of heeft u een geregistreerd partnerschap of heeft u een officiële samenlevingsovereenkomst met uw partner? Dan heeft uw partner recht op een nabestaandenpensioen als u overlijdt. Voorwaarde is dat het huwelijk of de samenlevingsovereenkomst gesloten moet zijn vóór uw pensioendatum of vóór het moment dat u met ontslag bent gegaan.